Moord op Pim Fortuyn (en Theo van Gogh)

Wakkerde discussies en kwesties op over de vrijheid van meningsuiting in Nederland.

De moord(en) op Pim Fortuyn (en Theo van Gogh) waren een schokkende gebeurtenis. Het kreeg in de media veel aandacht, er werden zelfs beelden uitgezonden van Fortuyn net nadat hij werd neergeschoten. Het lijkt te gek voor woorden, maar het eerste wat wij als media deden was het direct aanzetten van de camera's. De helicopters die boven het lijk vlogen waren er niet om te helpen, tenminste niet in eerste instantie, maar om de gebeurtenis vast te leggen en het live uit te zenden op tv. Na de moord was het alles waar we als land over praten: in de kranten, op het internet, op de tv en op de radio kreeg het enorm veel aandacht.

Pim Fortuyn werd vermoord op 6 mei 2002. De schutter, van der Graaf, verklaarde zijn actie door te zeggen dat Fortuyn een dreiging was voor de zwakkeren in de samenleving. Het wordt vaak gedacht dat Fortuyn vermoord werd door zijn duidelijke en harde meningen over de multiculturele samenleving. Dit zorgde er voor dat er rellen uit braken in bijvoorbeeld Den Haag, waar een auto in de parkeergarage onder het Plein in brand werd gestoken.

Niet lang hierna kwam de moord van Theo van Gogh, een columnist, regisseur, acteur, scenarioschrijver, programmamaker en televisiepresentator. Net als Pim Fortuyn, met wie hij wederom kennissen was, had hij sterke gevoelens over de multiculturele samenleving en was hij sterk tegen de Islam. Hij werd vermoord op 2 november 2004 door Bouyeri als aanleiding van de uitzending van Submission: een film over de onderdrukking van vrouwen in de islamitische wereld. Bouyeri's motief was zijn religie. Hij voelde zich verplicht om degene te vermoorden die zijn heilige profeet uitschold. Deze twee moorden zorgden voor discussies en debatten over de vrijheid van meningsuiting in Nederland. Vele zagen de moord van Pim Fortuyn als een groot complot.

De moorden op Pim Fortuyn en Theo van Gogh zorgden voor rumoer in de Nederlandse samenleving. Er kwamen discussies en vragen over de mate van onze vrijheid van meningsuiting. Na de moord van Fortuyn heeft Van Gogh hier nog op gereageerd. Hij vondt dat hij het recht had om alles te zeggen, of het nou om religie ging of om andere onderwerpen. Dit is de reden waarom dit als het motief wordt gezien van de moord. De islamitische schutter was duidelijk boos op de mening van Van Gogh en uitte dit door middel van moord.

De moorden op Pim Fortuyn en Theo Van Gogh hebben een bijdrage geleverd aan de parlementaire democratie en de rechtstaat omdat er discussies en kwesties ontstonden over ons recht op meningsuiting, discussies over belang en de eventuele grenzen van onze vrijheid van meningsuiting. Er kwamen nieuwe maatregelen voor de aanpak van moslimterrorisme en extremisme door bijvoorbeeld harder optreden tegen radicale moskeeën en stichtingen.